Algemeene Schippers vereeniging

Voor en door schippers

Terneuzen

Spuisluis of geen spuisluis that’s the question

Donderdag 9 juni was er een bijeenkomst van ASV met de coördinatoren van het project Nieuwe Sluis Terneuzen. Het project staat onder verantwoordelijkheid van de Vlaams Nederlandse Schelde commissie. Het gesprek duurde c.a. anderhalf uur maar gaf weinig tot geen nieuwe gezichtspunten. De Schelde Commissie begon met te zeggen dat we dan weliswaar eerdaags tegen over elkaar bij de Raad van State staan maar dat dit geen beletsel mag zijn om nog een keer te overleggen over deze zaken. De ASV heeft opgemerkt dat de rechters niet met partijen mogen praten maar dat partijen onderling altijd mogen proberen het geschil in de minne te schikken. Nu bleek daar van geen sprake want de Schelde Commissie deelde mee dat men niets te bieden had. Wat betreft de spui mogelijkheid was de opmerking dat het niet in het project was opgenomen en er dus ook niet uit gefinancierd kon worden, met andere woorden: er komt geen spui mogelijkheid anders dan via de sluizen.

Verdrag uit 1960
Wel was er een (flauw) verhaal over de ontdekking dat er via de West sluis meer gespuid kan worden dan ze tot nu toe gedaan hebben en dat zou wat lucht kunnen geven in de oponthoud tijden. Voor wat het waard is.
Het gaat hier om 35 m3 per/sec wat extra geloosd zou kunnen worden.  Het hele verhaal is terug te voeren op een verdrag uit 1960 waarin België en Nederland hebben afgesproken dat België water mag lozen op het Kanaal Gent Terneuzen en dat  Nederland verantwoordelijk is voor de afvoer daar van.Wij hebben meteen gezegd dat dit een belachelijke situatie is omdat België dan net zo veel kan lozen als ze willen, zonder dat het hun iets kost.
De ASV voerde aan dat er sinds die tijd heel wat veranderd is: destijds was de Muidersas nog in gebruik en de enige spuimogelijkheid van de Belgen was het kleine stuwtje naast de sluis. Sindsdien is Evergem gekomen, aanvankelijk met een klein stuwtje en in de negentigerjaren met de huidige stuw die heel veel water kan lozen. De ASV heeft dan ook gevraagd “als de Belgen het water van de Schelde ook op het kanaal spuien heeft Nederland dan geen verweer”? Het antwoord was ontkennend (in ieder geval niet duidelijk).
De ASV heeft uiteengezet wat er allemaal veranderd is: de verbreding van de Leie waardoor er veel meer water kan worden afgevoerd en de stuw in Beernem die voorkomt dat Brugge te veel water krijgt, we hadden de indruk dat ze daar niet van op de hoogte waren. Deze stuw is ook in de jaren negentig gebouwd en als die dicht gaat moet dat water ook via het kanaal naar Terneuzen.
De totale hoeveelheid water die volgens de Scheldecommissie geloosd kan worden door stuw Evergem is 240 m3 p/sec. In Terneuzen met alle sluizen in gebruik is dat gemiddeld ook 240 m3, bij laagwater is het meer: c.a. 320 m3 maar bij gemiddeld tij is het alweer minder.
De middensluis doet 90 m3 en kan het dus niet aan als Evergem volop geeft. 

De Scheldecommissie geeft wel toe dat het een vreemde situatie is maar er is geen stuw voorzien dus die gaat er ook niet komen als de Raad van Staten niet ingrijpt.

Het verdrag:
De steeds terugkerende vraag: moet Nederland het wateroverschot van België oplossen, hoe waren de oorspronkelijke afspraken over waterafvoer vanuit België?
In het verdrag uit 1960 stond over het spuien het volgende vermeld. 

Artikel 32
De beide Regeringen zullen, elk op haar gebied, de nodige maatregelen treffen teneinde te bewerkstelligen, dat door de Belgische aan het Nederlands gedeelte van het kanaal toegevoegde hoeveelheid zoet voedingswater en de door de sluizen te Terneuzen toe- tredende hoeveelheid zout water zodanig op elkaar zijn afgestemd, dat te Terneuzen op 2.200 m ten zuiden van de Westsluis een gehalte aan chloorionen van 3,5 gram per liter gemiddeld over de gehele diepte van het kanaal niet wordt overschreden. Daartoe zullen de wederzijdse technische diensten regelmatig met elkaar in verbinding staan en geen maatregelen van bijzondere aard nemen dan na overleg met de dienst van de andere Verdragsluitende Partij.

Artikel 33
De in artikel 32 genoemde maatregelen zullen er tevens op zijn gericht dat het kanaalpeil zoveel mogelijk blijft gehandhaafd op 2.13 m+ NAP of (+4,45) Staf en dat geen grotere afwijkingen daarvan voorkomen dan 0,25 m.
Zodra het kanaal een waterstand van 2,38 m +NAP of (4,70) Staf zal hebben bereikt zal de Belgische dienst op het eerste verzoek van de Nederlandse dienst de waterafvoer naar het kanaal tot nader bericht volledig doen ophouden.

Verdrag kanaal Gent Terneuzen

Ligplaatsen
Met de ligplaatsen tijdens de bouw periode is het ook nogal droevig gesteld er zijn minder ligplaatsen maar dat willen ze opvangen op andere plaatsen voor Terneuzen. Vandaar ook de 6 uur (voormeldt)regeling dan kunnen de schepen zolang in Gent of Hansweert blijven. De definitieve regeling wordt volgens de commissie gelijk aan wat er nu is maar die ligplaatsen zijn dus wel in de Westelijke buitenhaven zonder afloop naar de wal. 

Al met al geen blijde bijeenkomst en geen resultaat.

Uiteenzetting Nieuwe Sluis Terneuzen 

Geachte voorzitter,

In deze uiteenzetting wil de Algemeene Schippers Vereeniging ingaan op drie aspecten in deze zaak waarin ons inziens de specifieke belangen van de binnenvaart in de stukken onderbelicht zijn. In algemene zin is dit het door de binnenvaart vlot en veilig gebruiken van het sluizencomplex in Terneuzen.

Waterafvoer.
Een van de aspecten waar wij tegen in beroep zijn gegaan is het ontbreken van een aparte spuimogelijkheid in het Tracébesluit waardoor de binnenvaart te maken zal blijven houden met stremmingen. Veel van de stremmingen zijn terug te voeren op een verdrag uit 1960 waarin België en Nederland hebben afgesproken dat België water mag lozen op het Kanaal Gent Terneuzen en dat  Nederland verantwoordelijk is voor de afvoer daar van. De facto houdt dit in dat België kosteloos zoveel kan lozen als ze willen. Sinds 1960 is er in de waterafvoer van België het een en ander veranderd. De sluis en stuw in Evergem zijn gekomen. Eerst met een klein stuwtje en in de jaren ‘90 de huidige  stuw die veel water kan lozen. Eveneens in de jaren ‘90 is de stuw in Beernem gebouwd die voorkomt dat Brugge te veel water krijgt. Als die dicht gaat moet dat water ook via het kanaal naar Terneuzen. Als laatste is ook de rivier de Leie verbreed waardoor er veel meer water kan worden afgevoerd.
De totale hoeveelheid water die geloosd kan worden door de stuw in Evergem is 240 m3 p/sec. De sluizen in Terneuzen kunnen met alle sluizen gemiddeld ook 240 m3 p/sec spuien. Ons lijken deze ontwikkelingen in de afgelopen decennia er op te wijzen dat de aanleg van een aparte spuimogelijkheid noodzakelijk is om de toenemende waterafvoer vanuit België te kunnen blijven verwerken zonder de consequentie van meer en langere stremmingen van het sluizencomplex.

Verzilting kanaalwater.
Beperkt schutten en stremming van het sluiscomplex kan ook ontstaan als gevolg van een tekort aan wateraanvoer vanuit België in droge perioden waardoor teveel zoutwater kan binnendringen. In het verdrag van 1960 en de aanvulling van 1985 hebben België en Nederland daar afspraken over gemaakt. België dient minimaal 13 kubieke meter per seconde zoetwater te leveren, enerzijds om het kanaalpand op peil te houden en anderzijds om verzilting tegen te gaan.
Het verdrag bepaalt dat een maximaal chloridegehalte van 3,5 gram per liter in de verticale kolom 2,2 kilometer opwaarts van de Westsluis Terneuzen niet mag worden overschreden. Over een periode van 40 jaar waren er 37 perioden waarin de 13 kubieke meter per seconde niet werd gehaald. De gemiddelde duur van die perioden bedroeg 48 dagen, met een maximale duur van 212 dagen in de zomer van 1976.
Om te voorkomen dat er beperkt geschut moet worden of gestremd dienen o.i. deze cijfers genoeg aanleiding te zijn om bij de bouw van de Nieuwe Sluis direct passende maatregelen aan te leggen om indringing van zout water tegen te gaan, wat om reden van energiebesparing niet zal worden gedaan.

Ligplaatsen.
In 2015 hebben ruim 50.000 binnenvaartschepen de sluizen van Terneuzen gepasseerd. Gemiddeld zijn dit 142 schepen per dag. Dit aantal zal zeker toenemen (tot +75.000 schepen in 2040) vanwege het beleid van de overheid om vervoer per schip te stimuleren en de aanleg van de Seine-Nord verbinding waardoor grotere schepen het noorden van Frankrijk kunnen bereiken. Terneuzen zal in de toekomst een belangrijk knooppunt worden op de route van en naar Frankrijk.
De in het Tracébesluit opgenomen aantal ligplaatsen is en zal onvoldoende zijn om te voorzien aan de behoeft van de binnenvaart. Er worden immers alleen nieuwe wacht- en overnachtingsplaatsen aangelegd (welke eveneens onvoldoende zullen blijken te zijn) terwijl de binnenvaartschepen ook meerdere dagen ergens willen/moeten kunnen verblijven. Wij schippers noemen dat ligplaatsen.
Als vergelijk noemen wij de situatie in Willemstad bij de Volkeraksluizen. Daar zijn relatief veel ligplaatsen aanwezig, maar in het weekend ligt het daar vol met schepen.

Afsluitend.
Alles overziend zal de binnenvaart na aanleg van de Nieuwe Sluis nog steeds en in toenemende mate worden geconfronteerd met beperkt schutten, stremmingen en onvoldoende ligplaatsen als het Tracébesluit wordt uitgevoerd. Op basis van de feiten concluderen wij dat in de plannen voor de bouw van een sluis die officieel een ‘binnenvaartsluis’ wordt genoemd de belangen van de binnenvaart onderschikt wordt gemaakt aan kostenbesparing.

Verslag hoorzitting tracé besluit sluis Terneuzen d.d 12 07 2016

Raad van state te den Haag van 10.00 uur tot ongeveer 12.30 uur zaal 5

We werden welkom geheten door een driemanschap achter de tafel plus notulist en moesten ons allemaal voorstellen. Aanwezig : Heren van Os van Navimar, met raadsman, die tegelijk ook de raadsman van dhr. De Lee van een oliehandel, beiden gevestigd op het terrein wat onteigend gaat worden t.b.v. de bouw van de sluis , mevrouw Booij regiovertegenwoordigster zeeland en nautisch functionaris Marleen Buitendijk, beiden van BLN , Ron Breedveld, Esther en Benjamin Lubbers namens de ASV, een delegatie van 7 personen van RWS, I en M en een ingenieursbureau die bij het project betrokken zijn.

Degene die hun verhaal zouden vertellen werden uitgenodigd aan een lange tafel te komen zitten tegenover de drie rechters en kregen 5 minuten spreektijd . De rest van de mensen namen plaats in de zaal. Geen publiek. Wel een journalist(landelijke pers)

Eerst de raadsman van Navimar en de Lee met een verhaal over de onbehoorlijke wijze waarop zij van hun grond worden gezet en de slechte alternatieven die ze hebben aangeboden gekregen. Op hun terrein gaat de aannemer werken en komen later de sluisdeuren te liggen. Hun verhaal was heel redelijk maar verder niet belangrijk voor de ASV.

Toen was mevr. Booij aan de beurt met een gedegen verhaal over de huidige en toekomstige toestand van de waterhuishouding in België ,Noord Frankrijk en de Seine Nord verbinding en het feit dat volgens haar de sluis wordt gebouwd voor de komende 100 jaar en zij pleitte voor een spuikanaal vanwege te verwachte stremmingen ,en veiligheid ,palen met drijfsteigers in de buitenhaven en mogelijkheden voor hulpdiensten. De rechters stelde af en toe (best wel goede) vragen om meer duidelijkheid te krijgen. Ook voerde ze aan dat er gekeken kon worden naar spuimogelijkheden in breder verband (België?).

Toen was Ron aan de beurt. Nadat de tekst aan de rechters, notulist en vertegenwoordiger van RWS was uitgedeeld . De tekst werd voorgelezen zoals voorbereid en er werden nog vragen gesteld door de rechters. De nadruk lag bij de ASV op het spuikanaal, op het gebrekkige voorzieningenniveau bij zowel te veel (spuien ) als te weinig (verzilting) water, het feit dat er wel nieuwe ligplaatsen komen, maar niet meer ligplaatsen erbij, bij een te verwachtte groei van gemiddeld ongeveer 142 schepen per dag nu tot misschien wel 200 in 2040. Deze voorzieningen worden volgens ASV uit oogpunt van kostenbesparingen onterecht niet direct in dit project opgenomen. In antwoord op een vraag van de rechter vertelde Ron dat sommige schippers nu al ruim buiten hun vaartijd naar Gent doorvaren omdat er te weinig plaats is. Nog een vraag wat de verzilting met binnenvaart te maken heeft beantwoorde Ron door te vertellen dat als het zout gehalte te hoog wordt er ook beperkt geschut gaat worden of gestremd. (Wat opviel was dat de RWS delegatie van dit punt nogal onrustig op hun stoelen begonnen te schuiven).

Reactie van IenM woordvoerder aan het adres van ASV deden eigenlijk niet zo ter zake . Iets over die aantallen schepen in 2040, wat volgens hem niet klopte en het punt waar het zoutgehalte wordt gemeten was volgens hem niet juist.

Dan een andere rechter aan het woord over de formele toetsing van de rechtsgeldigheid van de bezwaren. Dit was een beetje pijnlijk voor ons. Het bezwaar was vanwege moeilijkheden met de post te laat ingediend. Dus een tik op de vingers van de Raad en het advies zulke stukken aangetekend op te sturen. De opmerking van de rechter dat waarschijnlijk officieel ons bezwaar een verduidelijking en versterking van het BLN bezwaar zou worden, maar niet rechtsgeldig.

De laatste rechter deed het onderdeel spuikanaal. Een verhaal van de projectleider van IenM dat een spui in de buitenhaven tot grote stromingen zou leiden met grote problemen. En een spui een eind verderop hadden ze het over gehad maar naar zijn zeggen waren ze gestopt met rekenen toen ze bij 90 miljoen euro waren. Er is blijkbaar niet echt gedegen onderzoek gedaan naar een spuikanaal.

Daarna nog een beetje vreemd verhaal van de man van de uitvoerende dienst in Terneuzen die beweerde dat het gevarenniveau niet of licht zou stijgen en de ligplaatsen minder nodig zouden zijn omdat de schepen in de toekomst vaker direct zouden doorvaren. (?) Dit deed veel wenkbrauwen fronsen en leidde tot enkele vragen vanachter de tafel.

Nog een afsluitend verhaal van de rechters en over 12 weken schriftelijk uitspraak vanwege vakanties (normaal schijnbaar 6 weken ). Het is ons niet helemaal duidelijk geworden of wij ook een uitspraak te horen krijgen als ons bezwaar als niet-ontvankelijk wordt verklaard wegens de te late indiening. Ondanks alles zijn we in ieder geval gehoord en worden onze argumenten meegewogen en dat is volgens mij een goed iets.

Groetjes Benjamin